28 oktober 2011

Eucultra: dag 1

Van woensdag tot vrijdag was er de Eucultra-meeting van Comenius op onze school. Deze meeting had de verschillende culturen en tradities als thema (Europe united through Culture and Traditions). Ook België was vertegenwoordigd, door twee leerlingen en leerkrachten van Ten Doorn. Eindelijk nog eens Nederlands horen! (Toch oppassen ook, iemand die onze taal begrijpt)


Het volledige gezelschap -Litouwen, Bulgarië, Turkije, België, Spanje, Italië, Polen en Roemenië- werd om negen uur 's ochtends verwacht in de bibliotheek van de school. De directeur gaf de obligate welkomsttoespraak en we startten de dag met enkele momenten stilte, uit medeleven met de slachtoffers van de ramp in Turkije.

Nadien oefenden we allen samen, onder enthousiaste begeleiding van Luc Wauters en Paul Verstraete, het Eucultra-lied. Luc heeft dit lied geschreven en elk land maakte een strofe in de eigen landstaal. Ik begeleidde op piano (wist ik van de dag ervoor, het was met andere woorden geen spectaculaire begeleiding).
De zang begon nogal voorzichtig, maar Paul zweepte iedereen op zodat er toch wat volume uitkwam. Plezier dat ze hadden! Alleen jammer dat de melodie in ieders hoofd bleef zitten, met als gevolg dat je de hele dag het Eucultra-lied hoorde neuriën, fluiten of zingen...

Om elf uur was het tijd voor een voorstelling van alle landen in de hal. Ieder land had ook iets voorbereid over zijn nationale gerechten. Trots dat we waren toen België er verfrissend uitkwam met een dynamisch en humoristisch filmpje, in plaats van de eeuwige powerpoints! Vaderlandsliefde ontdekken in Italië (en in deze prachtige tijden voor België dan nog), wie had dat gedacht!

Tijd voor lunch. Op het programma stond er dat we het middagmaal zouden nuttigen in de eetzaal van de school. Klein probleem: die is er niet!
Het werd dan maar een walking lunch in de gang. Inventief zijn ze zeker, die Italianen. Ieder land had enkele typische gerechtjes mee, smullen dus van een internationaal maal! Al moet wel gezegd worden dat de Italiaanse tafel het meest in de smaak viel.


In de namiddag bezochten we twee dorpen in de bergen: Castiglione en San Pellegrino. Met een bus in de bergen, ik koos uit voorzorg maar al een plaats vooraan.
Castiglione is een klein dorpje, waar niets valt te beleven. Toch is het mooi om te zien, met zijn Romaanse kerkjes, fort en omwalling. We maakten een kleine wandeling per taalgroep (Italiaans of Engels, en de Belgen moesten verplicht bij de Italiaanse groep. Lien en ik begrepen het, maar voor de twee jongens die maar drie dagen bleven was dit toch echt onverstaanbaar).







Op naar San Pellegrino! Dit dorp is zo mogelijk nog doodser en er valt nog minder te beleven. Het einde van de wereld noemden we het. Dat was het ook echt, aangezien het de top van een berg is en de weg er op een gegeven moment gewoon eindigt. Bij zonsondergang werden we echter wel overdonderd door een prachtig uitzicht. Fenomenaal, waar je ook kijkt, er is alleen natuur te zien.



Lien geniet van het laatste zonnetje

Ja, een muts, op zo'n bergtop is het ferm koud



De Italiaanse en Turkse leerkrachten


Na een spannende afdaling in het donker arriveerden we in het restaurant 'Casone'. We aten er een menu met typische gerechten van de streek. Als hapje een soort van gefrituurd deeg, daarna polenta (voor mij met funghi), gevolgd door pasta (papardelle en ravioli) en als afsluiter een dessert op basis van kastanje, hét product van de streek.
We praatten nog even bij het haardvuur, waarop kastanjes gepoft werden. Ik zag een groot aantal kastanjes in krantenpapier in handtassen verdwijnen, foei leerkrachten!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten